dinsdag 20 april 2010

wat een sprong

Namaste!





Zo’n twee weken geleden schreef ik jullie mijn laatste blogbericht uit Renganathapuram, India. Intussen ben ik zowaar van locatie veranderd en dat ging niet zonder slag of stoot… Ken je dat gevoel, dat wanneer een bepaalde ervaring echt fantastisch was, ze automatisch elke nieuwe ervaring minder leuk maakt? Zo is mijn gevoel over deze nepal-ervaring momenteel gekleurd door een gemis van mijn geweldige Indische thuis. Je beseft pas hoe goed je het ergens hebt gehad als je er weg bent. Ik zal jullie eerst even een flits uit mijn dagboek meegeven van die bewuste laatste week in mijn India...






‘Voilakes... het is gebeurd... we zitten op onze ‘laatste trein’ richting Chennai. Deze ochtend opgestaan met een baksteen in mijn maag. Een korte blik in de richting van mijn 2 tangitjies (= kleine zusjes in Tamil) zei genoeg om te weten dat zij exact hetzelfde voelden. Het lukte me niet goed om van mijn laatste ontbijt van Ambiga – zaligste kokkin met onovertrefbare lach – te genieten (zelfs ondanks het dubbel gebakken eitje of ‘jegg’ zoals ze het hier uitspreken). Rustig tafelen met Samy en Christi, wetende dat het afscheid zo dichtbij was, was onmogelijk.






De laatste week hadden we doorgebracht met:


Het monteren van onze audiovisuele werkjes, een flitsbezoekje aan Madurai, een ongelooflijk schoon en leerrijk evaluatiegesprek met Samy, het verwelkomen van Theo (een Franse student die van april tot juni stage zal lopen bij AREDS), het maken van een fotoboek voor Samy, Christi en de hele AREDS familie, het schrijven van een dankbrief voor onze anna en aka. (grote broer en grote zus)


Zaterdag op de laatste staffmeeting toonden we de 2 filmpjes die we tot hier toe als proefproject hebben afgewerkt. Zo maakten we een montage van de rally op Internationale Vrouwendag en een kort docuwerk rond de constructie van een gigasnelweg die veel onteigeningen tot het gevolg heeft. Iedereen was enthousiast dus een pluim voor ons en vooral een boost om het nog beter te maken. Ook op het fotoboek werd zeer dankbaar gereageerd, het zal nog veel worden ingekeken... Onze laatste avond genoten we van vegetable biryani (moslimpreparatie voor op feestdagen, jammie) en de laatste familiemomenten... Christi probeerde zich sterk te houden maar was nog steeds geveld door ziekte. We besloten nog een dorpswandeling te maken met Theo... Prachtig om onder een hemel boordevol sterren een glimp op te vangen van het echte Indische dorpsleven. Nog een Kingfisher pintje drinken met Theo en Samy als afsluiter... Ondanks mijn moeheid hing ik aan zijn lippen toen hij een korte inleiding gaf over het lobbywerk van een NGO. Damn ik wil hier nog zoveel leren! Hij kwam er ook nog eens op terug dat het aan ons is om ons pad te kiezen in dit leven en dat daarin niets onmogelijk is. Zijn intussen bekende woorden: ‘You are the master of your own destiny’ vulden mij nog een laatste keer met wilskracht om te geloven dat iedereen in staat is grootse dingen te doen.






Dan de laatste ochtend: als een kieken zonder kop rondlopen in een poging nog zoveel mogelijk samen te zijn, blij om Arivu tegen mijn verwachting in te zien arriveren in het office, SWATE-member worden, spelen met Kani en Jain mijn 2 kameraadjes, geluksbrengertjes, zo extreem lief en schattig waren ze, kreeg uit het niets een dikke knuffel van de 3-jarige Jain, deugddoend!


En dan plots een gang vol mensen... vrienden... familie...en een onverbiddelijke klok op 5 voor 11. Ineens viel het besef zo hard op mijn schouders, dat dit mooi moment dat 3 maanden stand hield, hier nu eindigd. Een dikke knuffel van Christi... kanir kanir (=tranen), een dikke knuffel van Samy... kanir kanir.... ‘jullie komen wel goed terecht!’ Zweefzoentjes naar alle anderen...Arivu heeft tranen in zijn ogen... Senthil lacht lief als we onze Indische drums inladen... Kani zit op de arm van ons manneke en zwaait... en we gaan. Ik kan niet stoppen met huilen als Raja langzaam wegrijdt.’






Dit is een periode geweest met ups en downs, het was bij momenten verre van evident. Het ver weg zijn van alles wat vertrouwd is, het op mezelf aangewezen zijn, het aanvaarden van moeilijke cultuurverschillen, het echt leren samenleven met 2 vriendinnen als waren we zussen, het duidelijk leren communiceren, het zoeken naar een geschikte stageopdracht en de zelfzekerheid om er iets van te maken, het zoeken naar een brug over de taalbarriere heen, het leren loslaten van angsten of vastgeroeste ideeen, het onthaasten en relativeren, het kritisch leren denken over mezelf en de wereld rondom me, het leren ZIJN... zonder meer.


Maar het bracht me ook verrijkende inzichten, nieuwe intense vriendschappen die soms zonder enige echte conversatie groeiden, het deed me houden van dit enorme land met al zijn facetten, India is een warme mantel geworden van herrinneringen die ik in mijn leven meermaals over mijn schouders zal blijven leggen om nooit te vergeten hoe dit avontuur mij heeft gevormd tot wie ik nu ben... nog steeds Ira... gewoon Ira... een beetje gegroeid misschien... met meer ruimte in mijn koppeke en een hart dat overloopt...


Maar vooral eentje die enorm veel goesting heeft om alle kansen en ervaringen in het leven te grijpen en daarbinnen vollenbak Ira te zijn en te blijven.






En dan nu...Nepal. Wel ik ben heelhuids gearriveerd in Kathmandu, 1 van de meest vervuilde steden ter wereld. Ik woon hier samen met Febe en Jo in de guestroom van Tillotam en Deboki, onze nieuwe stagebegeleiding. Het is voor hen de eerste keer dat ze stagaires uit een ander werelddeel op bezoek hebben. In tegenstelling tot Samy weten ze dus helemaal niet goed waar wij vandaag komen. Volgens mij hebben ze het idee dat wij in een gouden kooi zijn opgegroeid met bediendes en alle mogelijke luxe. Ze behandelen ons soms echt als kinderen en het blijft een moeilijke klus om hen duidelijk te maken dat we drie zelfstandige dames zijn. Daarnaast is hun engels ook helemaal niet zo goed waardoor we beperkt zijn in onze communicatie. Basiszaken kunnen we uiteraard wel bespreken maar als het op onze gevoelens of ideeen aankomt loopt het stroef. Wetende dat zij mijn enige Nepalese klankbord zijn en bovendien mijn nieuwe thuisgevoel moeten creeeren, kan dit behoorlijk wegen op mijn gemoed. Ik besef nu dat ik het echt heb onderschat om op zo korte tijd 2 verschillende stages te doen in 2 verschillende landen. Het vraagt dus serieus wat tijd om hier op mijn plooien te komen. Tijd die ze ons in ons eerste twee weken nog maar weinig hebben gegund maar die we nu hebben geeist.






Zo zijn we al na enkele dagen de bergen in getrokken richting Rulpa Disctrict. Deze trip begon met een 20 uren durende busrit in een lokale Nepalese bus: superklein, knieen tegen de zetel voor je, rugzak onder de voeten of op de schoot, wagenzieke mensen, veel te luide Nepalese muziek uit de boxen, de meest onwaarschijnlijke haarspeldbochten en een uitzicht om u tegen te zeggen. Febe en ik hebben die nacht geen oog dichtgedaan en sprongen bij momenten uit ons vel van gewoon ‘niet meer te kunnen’. Onze reis naar Nepal was nog niet eens stevig verwerkt en plots zaten we al oververmoeid in een hotelletje op 3000m hoogte tussen de meest magnifieke bergen, en dit is nog niet eens de Himalaya. Een dutje doen, thee drinken en tegen onze wil in met een hoofd vol slaap al een gesprek voeren met de Child Rights Officer van het district. ‘We are not ready yet’ wordt langs geen kanten begrepen door Tillotam. De volgende ochtend staan we om 05u (yep) op om een 3 uur durende bergwandeling te maken naar een schooltje waar JCYCN kinderen steunt. Ondanks de vermoeidheid voelde ik me echt in mijn nopjes tijdens de wandeling. De Nepalese natuur is oogverblindend mooi en geeft mij de energie om terug positief te denken. Aangekomen op het schooltje worden we ontvangen met bloemen en tikka. (dit is een beetje zoals een bindi maar dan eerder een enorme veeg rood poeder die ze over je voorhoofd smeren) We hadden gevraagd aan Tillotam om de stage nog even op het gemak aan te pakken en vooral te observeren. Maar veel observatie was er niet mogelijk aangezien we slechts 2 dagen op de school bleven en deze wegens vakantie gesloten was. Er waren alleen enkele kinderen uit de buurt aanwezig. Echt een beetje zonde vonden wij en we begrepen niet goed waarom Tillotam ons dan perse nu meenam naar deze afgelegen plek. We voelden ons alledrie een beetje down en besloten een dutje te doen om een beetje slaap in te halen. Intussen zat Tillotam blijkbaar samen met een groepje jongeren om aan bewustmaking en counceling te doen. Hij bracht ons hiervan pas na ons dutje op de hoogte waardoor we ook nog eens zijn werkmethode hadden gemist ook. Die avond speelden we enkele spelletjes met de aanwezige jongeren. Wat een wereld van verschil met de kinderen die we in India zagen. Die waren steeds spontaan en bij momenten overenthousiast naar ons toe terwijl we hier tegenover een groep superverlegen kinderen stonden. Dit zijn kinderen uit afgelegen bergdorpen die daarenboven zijn opgegroeid in de vaak gruwelijke conflictperiode, hun afstandelijkheid is dus zeker te verstaan. Tillotam speelde spelletjes zoals we bij ACTS ook al deden maar zijn aanpak tegenover de kinderen vond ik verre van perfect. Ik had het gevoel dat hij ons continu op een ietwat clowneske manier probeerde te imponeren wat zowel op ons als op de kinderen een averechts effect had.






Tillotam en ik... mmhh... ik ben er nog niet helemaal uit hoe dat zal lopen. Momenteel is hij vaak een bron van ergernis door verschillende dingen die samenkomen. In de eerste plaats zijn gebrekkig engels en dan vooral het feit dat hij steeds doet alsof hij alles begrepen heeft waarna door zijn handelingen blijkt dat dat duidelijk niet het geval was. En daarnaast zijn sociaal gedrag tegenover mij... Hij is soms zo kinds, behandelt mij ook als een kind, luistert vaak helemaal niet en staat 5 keer per dag met puppy-ogen mijn richting uit te kijken waarbij hij verwacht dat ik even bevestig dat ik mij goed voel. Fin, het zijn 2 zware en vermoeiende eerste weken geweest wat uiteraard meespeelt in mijn gevoel over hem. Soms lukt het mij ook om goede gesprekken te hebben maar voorlopig zijn die zeldzaam. Hij is wel een bewonderenswaardig kereltje moet ik toegeven. Op zijn 16de is hij een rechtzaak aangegaan tgen de overheid omtrend het naleven van de kinderrechten in Nepal. Na 3 lange jaren is de zaak afgerond in zijn voordeel waarna hij de 1ste child club van Nepal heeft opgericht. Dit is te vergelijken met de Student Movement van AREDS. Een jeugdbeweging waarin wordt gespeeld, aan bewustmaking wordt gedaan en waarin kinderen zelf het heft in handen proberen te nemen om hun rechten af te dwingen. Intussen zijn er al ongelooflijk veel child clubs opgericht naar zijn voorbeeld. Chique dingen dus.






Maar even terug naar mijn verhaal van vorige week. We hebben toen ook een bezoek gebracht aan Lumbini, de geboorteplaats van Boeddha. Dit was al lang een droom van mij omdat het boeddhisme mij al van jongs af aan interesseerde. Door de uitputtende week waarbij we werkelijk TEVEEL uren in een bus doorbrachten, waren we alledrie te moe om deftig van dit bezoek te genieten. Maar het was hoe dan ook de moeite!! Het is een rustgevende plek met een groot meer waar je verschillende boeddhistische tempels uit verschillende landen samen vindt. De tekeningen in bepaalde tempels waren te mooi voor woorden! De laatste busrit van 12uren heeft ons fysiek ook volledig geveld. Van 21 tot 25 april gaan Tillotam en Deboki naar Bangladesh voor een programma. Normaal gezien was het plan dat wij die periode een toeristisch uitje zouden maken naar Pokhara, 1 van de mooiste plekken van Nepal. Maar na een week van 50 uren bus op 6 dagen tijd, hebben wij besloten om die dagen gewoon hier in Kathmandu door te brengen. Eindelijk even met ons drietjes samen te zijn, te chillen, stageverslagen van India af te werken en langzaamaan een thuis te proberen vinden in deze stad. Dit Nepalees verslag klinkt waarschijnlijk nog maar weinig positief maar ik ben ervan overtuigd dat mijn gevoel gauw terug zal omslaan. Dit land is te mooi om er depressief in te wezen. Met onze Indische wijsheden op zak slaan we ons hier wel door! ‘Nobody said it was easy’


Binnekort dus meer nieuws vanuit dit wonderbaarlijke land dat van op een plateau over de rest van de wereld waakt...






PS: Aan diegene die graag iets willen opsturen met de post, mijn nieuw adres heb ik reeds in het vorige bericht vermeld. Wel best niet te lang uitstellen omdat mijn verblijf hier een pak korter is dan in India. En aan deze enthousiastelingen alvast een welgemeende merci! Het doet zo’n deugd te denken dat er ons een minibeetje Belgie gaat vergezellen!






WIST JE DAT:


- Wij op de laatste trein richting Chennai alledrie nog een potje hebben zitten huilen.


- Wij al vrij snel een briefje kregen van onze overburen in de coupe.


- Zij hadden geschreven: ‘India is a country for smiling, not for weeping’


- Wij hierop enkel uit volle borst konden reageren met: ‘WE KNOW!’


- We vanuit Nepal de laatste nieuwsbrief van AREDS ontvingen per mail. Samy en Christi, die zonder ons medeweten, ‘the interns speak’ hebben getiteld... wat concreet inhoudt dat die nieuwsbrief volledig bestaat uit de afscheidsbrieven van Justin, Febe, Jo en mij. Hartverwarmend om dat te ontdekken.


- Tillotam op onze eerste Nepalese ochtend (zoals steeds zonder te kloppen) onze kamer binnenwandelde en mij betrapte op een huilbui.


- Hij daarop wist te reageren met de ‘troostende’ woorden: “is there something with your eyes?”


- Wij hier, net zoals iedereen, vaak met een mondmasker rondlopen om ons te behoeden voor de vervuilde stadslucht of de stoffige berglucht.


- Nepalezen een spraakgebrek hebben als het op de letters f en v aankomt. Dit concreet betekent dat een dorp hier een ‘billage’ is, een vriend een ‘briend’ en een familie een‘pamily’.


- Dit al eens voor verwarring durft te zorgen tijdens conversaties.


- Nepalezen naast superlief ook echte ‘kieszakken’ zijn, zoals Febe ze hier noemt.


- Zij namelijk de gewoonte hebben om meermaals per dag, te beginnen vanaf 5u ’s ochtends, hun hele lijf eruit te rochelen met alle kotsgeluiden vandien: VRE VUL!


- Murphy duidelijk meegereisd is met alle ellendige gevolgen vandien.


- wij bijvoorbeeld op onze enige ‘uitslaapdag’ (dat wil zeggen tot 08u ipv tot 05u) al om 06u13 wakker werden doordat ze in ons hotel het lumineuze idee hadden om de vloer ONDER onze kamer uit te breken.


- Dit uitbreken van de vloer tot doel had om de sceptische put van het hotel uit te kuisen waardoor ook onze reukorganen werkelijk de tijd van hun leven hadden.


- wij hier enorm goedkoop naar vaste lijnen in belgie kunnen bellen! (0.03 euro/ minuut)


- Febe en ik al een uitje hebben gemaakt naar het toeristische gedeelte van Kathmandu om er rumcola’s te drinken in een reggaebar.


- wij daar heel erg van hebben genoten ondanks het feit dat ik, na 3 maanden onthouding, duidelijk niet goed meer tegen drank kan.


- Deze eerste cafe-avond in maanden tijd dus een iets minder vrolijk einde kende met een kater van jewelste.


- ik daarom heb besloten om vanaf heden, zoals het een goede aziaat betaamt, enkel nog rijst te eten en thee te drinken.


- ik bij het voorgaande puntje gelogen heb :-)






vrijdag 9 april 2010

IRA IN NEPAL

Dag iedereen!

Even dit kort berichtje om te laten weten dat ik goed ben aangekomen in Nepal.
Een fantastisch mooi land maar een te snelle overgang naar een nieuwe stage... of zo voelt het nu aan althans... Maar we laten ons gewoon meesleuren en hopen dat de klik gauw zal komen.. Morgen vertrekken we richting Rulpa District op 3000 meter hoogte... zo'n 20u met de bus!

Even praktisch:

Ik heb een nieuw nr 09779808568858

Ik heb een nieuw adres:

JCYCN
Ira Kerkhove
G.P.O. Box - 14341
Kathmandu Nepal

(postpakketjes en brieven zijn meer dan welkom)
Meer nieuws volgt later!
Vele groetjes en hopelijk een beetje zon!